Adres |
Holmerpad 7, Tolbert |
Opdrachtgever |
|
Architect |
|
Bouwjaar |
Vanaf midden achttiende
eeuw |
Bouwtype |
Oorspronkelijk
arbeiderswoning |
Bouwstijl |
|
Huidige functie |
Woonhuis |
Voorm. functie |
Arbeiderswoning, later
boerderij |
Beschrijving
Aan het Holmerpad in Tolbert
gelegen woonhuis, opgetrokken uit baksteen. Oorspronkelijk was het een
arbeiderswoning, maar het pand is rond 1920 uitgebreid tot een boerderij.
Het pand bestaat uit een
voorhuis met daaraan vast een grote schuur. Rechts hiervan staat een
vrijstaande stookhut. Achter op het erf bevinden zich nog een grote vrijstaande
schuur en een varkenshok.
Het voorhuis dateert uit het
midden van de achttiende eeuw en is het enige nog overgebleven onderdeel van de
arbeiderswoning. De voorgevel – een tuitgevel – is gericht op het noorden en bevat twee ramen
met luiken op de begane grond en twee kleine openingen ter hoogte van de
zolder. De oostgevel is lager en heeft geen ramen, omdat zich hierachter de
bedsteden bevinden. De westgevel is hoger vanwege de krimp in de bebouwing aan
deze zijde. Hier is een derde raam met luiken aangebracht, alsook de voordeur
met zijraam.
De tuitgevel heeft
vlechtingen, rollagen en ventilatiegaten ter hoogte van de zolder. De
oorspronkelijke ramen zijn niet meer aanwezig en zijn vervangen door
twintigste- eeuwse varianten. Het is opvallend dat de vlechtingen en de
rollagen in een afwijkende rode baksteen zijn gemetseld. Het ligt voor de hand
aan te nemen dat er aanpassingen aan het voorhuis zijn doorgevoerd toen het
voormalige achterhuis rond 1920 werd vervangen door de huidige grote schuur.
Hierbij werd het dak doorbroken en aangepast om de hogere schuur in te kunnen
voegen en het geheel met riet te kunnen bedekken. Het voorhuis heeft nu weer
een pannendak.
De schuur is opgebouwd in de
negentiende-eeuwse traditie. Typerend voor dit schuurmodel is de nokverhoging
ten opzichte van het voorhuis en de indeling van de schuur. De indeling bestaat
uit een deel aan de oostzijde, een koestal met grup aan de westzijde en een
paardenstal tegen de achtergevel aan. Dit type, de zogenaamde Friese schuur,
werd veel in het Westerkwartier toegepast. Ter hoogte van de deel zijn grote
schuurdeuren aangebracht en ter hoogte van de grup een enkele deur. De
noordzijde van de schuur bevat een deur, een raampje en een luchtrooster van de
melkkelder.
De vrijstaande houten schuur
is vermoedelijk laat negentiende-eeuws en is opgebouwd uit onderdelen van
oudere schuren, waaronder ronde, rozetvormige stalen draairamen. De vrijstaande
varkensschuur is waarschijnlijk een van de oudste bijgebouwen op het erf.
Selectiecriteria
1. Historisch belang
In dit pand zijn
verschillende elementen te zien die typerend zijn voor een bepaalde periode. De
tuitgevel van het voorhuis met het vlechtwerk in het metselwerk en de twee
kleine openingen ter hoogte van de zolder zijn typerend voor het midden van de
achttiende eeuw. Ook is op enkele plaatsen nog oorspronkelijk achttiende-eeuws
metselwerk met gestreken voeg aangetroffen. De schuur uit circa 1920 heeft de
indeling van een Friese schuur, een type dat veel in het Westerkwartier werd
toegepast. De bouw van deze schuur was een gevolg van de vestiging van de
zuivelfabriek Lijempf (=Leeuwarder ijs-
en melkproductenfabriek) in 1916 in Tolbert. Veel bedrijven in de omgeving
kochten land aan en verbouwden hun huizen tot melkveehouderijen. In en om het
pand zijn nog diverse opvallende onderdelen, zoals oude gebinten, een pomp,
tegels uit de achttiende en negentiende eeuw, bedsteden en hang- en sluitwerk
vanaf de achttiende eeuw.
Waardering
Achttiende-eeuwse
arbeiderswoning, naderhand vergroot tot keuterij, van regionaal belang vanwege
cultuur- en architectonische waarde
- als voorbeeld van een
arbeiderswoning die is uitgegroeid tot boerderij
- vanwege de vrij hoge mate
van gaafheid van zowel het woon- als het bedrijfsgedeelte
- vanwege de karakteristieke
ligging in het landschap aan het vroegere Holmerpad